Winterweekend 2020

Door: Dries Borstlap

Het weekend ging van start aan het station van Delft, waar een twintigtal vrolijke mensen met backpacks verzamelde. Maar geen een winterweekend is compleet zonder wat trein-drama.

De trein nemen was dus het eerste obstakel van deze drie dagen. Het enige dat consistenter is dan de vrolijke sfeer op een slopend-activiteit, zijn de treinen die vertraging hebben. De eerste overstap zou in 1 minuut moeten gebeuren, maar helaas bleek dit onvoldoende. De groep splitste op tot 1 uur later waar we op station ‘Noorderkempen’ Elkaar weer tegen kwamen. Twee uur later zaten we in Verviers, te laat om de laatste trein naar Eupen te nemen. De bus nemen was nog de enige oplossing en die bracht ons dan naar Eupen waar we om kwart voor twaalf in de avond aankwamen.

Groepsleden zochten elkaar op en enkele minuten later was iedereen op pad. De routes waren op voorhand uitgestippeld door elke groep en dus met een klein beetje kaartlezen was de weg makkelijk te vinden. Op voorhand had elke groep van de organisatie vier coördinaten gekregen met verplichte bezienswaardigheden en ook de coördinaat voor een optionele bivak voor de eerste nacht. Elke groep had andere coördinaten, maar de totale route was bij iedereen net minder dan 25 km. (Dat is als je niet fout loopt uiteraard.)

De nacht vorderde snel, de sterren waren duidelijk zichtbaar en de moeheid sloeg bij de meeste toe. Later die avond, na ongeveer 5 km te hebben gewandeld, besloten twee groepen op de bivak te overnachten. Twee andere groepen wandelde wat verder en kampeerde in het wild. De laatste groep besloot gek te doen, wandelde tot 4 uur in de ochtend en overnachtte op een andere bivak, 9 km van de aankomst.

De nacht was fris, maar droog gebleven, ten vreugde van iedereen. Na op te staan, al dan niet vroeg in de ochtend, ging iedereen weer op pad. De eindbestemming was een bivak waar de orga had overnacht. De eerste groep kwam rond 12:30 aan, en drie andere groepen volgde daar kort op. Het doel was dat alle groepen rond 13 uur zouden aankomen, zodat we samen konden gaan lunchen.  Één groep had dit niet goed begrepen echter en per toeval was dit ook de groep die verantwoordelijk was voor de lunch. Een gebrek aan signaal betekende ook dat deze groep niet bereikbaar was. Vele assumpties gingen de ronde. Zouden ze zijn opgepakt voor wild kamperen en de nacht in de gevangenis spenderen? Zouden ze zijn aangevallen door een wolf? Zouden ze al het eten zelf hebben opgegeten en er dan vandoor gelopen?

Het was na 16 uur en het besluit was gemaakt om het ontbijt te plunderen als lunch. Iedereen had een warme plaats opgezocht rond het kampvuur met een sneetje brood in de hand toen de laatste groep plots tevoorschijn kwam. Al gauw kwam de teleurstelling dat ze geen wolven waren tegengekomen, maar gewoon waren verkeerd gelopen en een hele omweg hadden gemaakt. Met een gevulde buik vorderde de avond snel. Tarpen werden gespannen en hout werd gesprokkeld. Max had het idee een mok te bushcraften en dat idee ging plots viraal. Ook lepels en borden werden fanatiek uit hout gesmeden.

Niet veel later was het tijd voor avondeten. Het menu bestond uit ravioli als voorgerecht, couscous met geen tekort aan groenten als hoofdgerecht en zelfgemaakte brownie als dessert. Voor dit dessert was het nodig om eerst een appelsien uit te lepelen, daarna vullen met deeg, in aluminiumfolie te wikkelen en dan geduldig genoeg zijn om die een half uur op het kampvuur te laten liggen. Bij sommigen kwam de deeg er lopend uit, bij andere was de deeg zwart aangebrand, maar bij de meeste ging het net goed. Een overheerlijke brownie met appelsiensmaak was het gevolg. 

Terwijl de slopers demonstreerde hoe een geslaagde maaltijd gekookt moet worden, kwamen er andere mensen tonen hoe het helemaal niet hoort te gaan. Deze mensen, die al net te veel alcohol geconsumeerd hadden die avond, probeerde twee kilo aan worstjes te bakken. Hun tactiek was om alle worstjes op een ijzeren rooster te gooien, en dit rooster naast het vuur te leggen. Het spreekt voor zich dat deze na 30 minuten nog niet gaar waren met uitzondering van enkele worstjes die meerdere malen in het vuur waren gevallen.

Het was voorspeld de hele namiddag te gaan regenen, maar dit was gelukkig een groot leugen. Enkel wat later in de avond begon het vochtiger te worden. Af en toe kwam er wat miezer opduiken, maar dit was geen partij voor de hitte van het kampvuur. De duister had weer getroffen en dit maal was er geen open sterrenhemel. Sommigen gingen richting hun slaapzak, anderen bleven achter aan het kampvuur. Iets na 12 uur was de houtvoorraad ten einde, werd het kampvuur geblust en gingen de laatste mensen slapen.

Deze nacht was het weer echter minder gunstig en regende het de hele nacht door. Ondanks schijnbaar waterdichte shelters bleken slaapzakken en matjes toch nat te zijn voor velen, maar dat hield de sfeer niet tegen de volgende ochtend. Een laatste ontbijt en iedereen was weer op pad. De regen was gestopt en het wandelen ging vlot. Al gauw waren we terug in beschaving en op de trein aan het wachten. Dit keer met minder ophoudingen, waren we op weg terug naar Delft. Uiteraard konden de talrijke bedankjes, voor zowel de orga als de deelnemers, niet ontbreken. Uitgeput maar voldaan kwamen we s ’avonds aan in Delft. Sommigen besloten naar huis te gaan, anderen bleven voor het traditionele kapsalonpact. Elke keer vragen mensen zich waarom deze traditie bestaat, en elke keer worden mensen overtuigd dat dit inderdaad de best mogelijke afsluiting is van een fantastisch weekend. 

Geef een reactie